DE OMWENTELING VAN 1830



DOOR

HENDRIK CONSCIENCE



DE

OMWENTELING VAN 1830

UITTREKSEL
uit de REVUE CONTEMPORAINE, aflevering van Januari 1851[1]

Petrus Conscience, vader van onzen schrijver, wasFranschman en geboren te Besançon. Door het lot tot denkrijgsdienst geroepen, werd hij soldaat in de marine vanNapoleon, en geraakte tot den graad van opperstuurman (chef detimonerie) aan boord van het oorlogschip la Ville deBordeaux. Driemaal krijgsgevangen genomen, doorstond hij eenelange en wreede opsluiting in de Engelsche pontons te Normancross.Eindelijk door uitwisseling vrij geworden, kwam hij zich teAntwerpen vestigen, waar hij het ambt van onderhavenmeester op degroote oorlogstimmerwerf bekwam. Hij trouwde niet lang daarna meteene Vlaamsche vrouw, en uit dit huwelijk werd, den 3denDecember 1812, Hendrik Conscience geboren.

Het kind was uiterst zwak en ziekelijk: men geloofde,dat het niet zou leven. Een Fransche geneesheer, met name Tartare,voorzeide, dat het zou kwijnen tot zijne zeven jaar; maar dat hetzou gered zijn, indien het dezen ouderdom overleefde. Twee jarenlater werd Petrus Conscience een tweede zoon geboren, zoo groot ensterk als de eerste zwak en lijdend was.

Op dit tijdstip bezweek de groote Napoleon onder devereenigde macht der bondgenooten; en de onderhavenmeester verloorzijn ambt. Als een moedig man beproefde hij een ander beroep. Zijneechtgenoote hield eenen kruidenierswinkel. Hij zelf legde zich toeop eenen anderen handel: hij kocht oude schepen, om ze af te brekenen de stukken er van afzonderlijk te verkoopen. Een weinig laterbegon hij eenen gelijkslachtigen handel in oude boeken, bestemd omtot boterpapier te worden verbruikt.

Deze nijverheid, van eenen letterkundigen aard, tenminste door de stoffen, die zij behandelde, oefende eenen gewisseninvloed op de toekomst van Hendrik Conscience uit. Elken daghielden gansche wagens met boeken voor de ouderlijke woning stil;de dichters, de geleerden, de geschiedschrijvers werden op eenenuitgestrekten zolder neergeworpen, om er den oogenblik af tewachten, dat men hen tot koffiezakken of suikerpakjes zouvervormen.

Hendrik Conscience kende geen grooter vermaak dandeze arme bannelingen der letterkunde in hun treurig verblijf tegaan bezoeken; hij doorbladerde één vooréén al deze boekdeelen, die op voorhand tot eenensmadelijken dood waren veroordeeld. De bladzijden bleven stom voorhem; maar de prenten, die tot zijne oogen en tot zijne inbeeldingspraken, openbaarden hem somtijds de geheimzinnige beteekenissen,welke hij wenschte te doorgronden. Hij hechtte zich bovenal aan dewerken over geneeskunst, over natuurlijke geschiedenis en oververre reizen, om de eenvoudige reden, dat deze meer prenten enbeeldekens behelsden. Zijn geliefd boek droeg voor titel:Johan Nieuhofs Gedenkweerdige Zee- en Landreizen. Het waseen oud foliant, gansch vervuld met beeltenissen van wilde mannenen vreemde gedierten, en gedrukt te Amsterdam, bij Jacob van Meurs,in 1682.

Evenwel, gedurende de avondstonden in den huiselijkenkring leerde zijn vader hem de letteren van het ABC onderscheiden,en, bij rassche vorderingen, kon Hendrik spoedig lezen. Van ditoogenblik verslond hij, om zoo te zeggen, den vaderlijkenboekenstapel.

Ontwikkelde zich zijn geest, zoo goed stond het nietmet zijn lichaam, dat krachteloos en kwijnend bleef. Zooverrereikte welhaast de versl

...

BU KİTABI OKUMAK İÇİN ÜYE OLUN VEYA GİRİŞ YAPIN!


Sitemize Üyelik ÜCRETSİZDİR!