Van Parijs naar Napels.—Vertrek van Napels naar Reggio met den spoorweg.—Eerste kampen van vluchtelingen.—De langs den spoorwegvernielde dorpen.—Te Reggio.—De puinhoopen.—Overtocht van Reggio naar Messina met een veerboot.—Te Messina.—Afgrijselijketooneelen.—Wat de stormvloed beteekende, die op de aardbeving volgde.—Brand aan de haven.—Terugkeer naar Napels.
Ruïnen, die de plaats van paleizen innemen.
De geheele wereld heeft van angst gesidderd op den 28sten December, toen de dagbladen berichtten, dat binnen weinige secondenMessina en verscheidene plaatsen langs de Straat verwoest waren en dat 200000 personen verdwenen waren. Eenige dagen latervertrok ik in mijn hoedanigheid van afgevaardigde van het fransche Roode Kruis naar Napels, dat om de ligging in de nabijheidvan het tooneel der ramp gekozen was als bestemming voor de eerste schepen, die overvol met gevluchten en gewonden zeewaartswaren gegaan. Napels werd dadelijk het centrum, waar de ondersteuning zich concentreerde, die bestond in de zending van personeel,van hulp in natura of in geld, gezonden uit alle hoeken der wereld in een prachtig élan van algemeene naastenliefde.
Een maand lang heeft Napels zich tegen de zware taak opgewassen getoond, de redders uitzendend naar de verwoeste streken endagelijks groote troepen verongelukten opnemend. Overal, waar het maar mogelijk was, richtte men voorloopige hospitalen in;de civiele hospitalen, de particuliere klinieken, de scholen en zelfs het Koninklijk Paleis verdeelden de slachtoffers onderelkaar. Het kosmopolitische leven van de stad stond opeens stil, zoo ging alles op in dat, wat allen op dat oogenblik bezighield.Een nieuw leven begon, een ernstig, ingetogen leven, als met ingehouden adem aan het werk gekluisterd.
Drie weken, zoo doorgebracht te midden van de angstkreten der stervenden, van de hartverscheurende smart van diegenen, wierleven als door een wonder was gered en die al de hunnen hadden verloren, hadden ons voorbereid op ontzettende tooneelen. Westelden ons voor, dat wij in Napels de wreedste staaltjes van menschelijk lijden hadden aanschouwd. Maar die sombere tooneelenzouden weldra onbeteekenend lijken naast een werkelijkheid, die nog oneindig veel verschrikkelijker was.
Den 22sten Januari verliet ik met drie der vrome vrouwen, wier edelmoedige zelfopoffering in die schrikkelijke weken zoo schitterenduitkwam, Napels in den avond met den sneltrein, die in gewone tijden in een enkelen nacht de ongeveer vierhonderd kilometeraflegt, welke ons van Reggio Calabria scheidden. Voorbereid op ontberingen, namen we slechts het strikt noodige mee, dekens,wat linnengoed en eenige proviand. Het scheen, dat de nacht ongestoord verloopen zou, maar een poosje eer het dag werd, staker een hevige wind op en blies met zooveel kracht, dat de waggons onder de drukking scheef overhelden. Gelukkig duurde destorm niet lang en we herwonnen weldra onze gerustheid, die een oogenblik verstoord was geworden. Bij elk station