Regeling der spelling
Voor het
Woordenboek der Nederlandsche Taal.
De echtheid der exemplaren blijkt uit de handteekening van den bewerker.
Druk van D. Noothoven Van Goor.
Die art und weise wie wir unsere sprache mit buchstaben schreiben, dies köstliche mittel das fliegende wort zu fassen, zuverbreiten und ihm dauer zu sichern, musz allen völkern eine der wichtigsten angelegenheiten sein, und die freude, welcheeine vollkommne schrift gewährt, trägt wesentlich dazu bei den stolz auf die heimische sprache zu erhöhen und ihre ausbildungzu fördern.
Jacob Grimm.[V]
Bij het naderen van den tijd, waarop de Redactie met de uitgave van het Nederlandsch Woordenboek een aanvang hoopt te kunnenmaken, heeft zij zich verplicht geacht, vooraf nauwkeurig het spellingstelsel te bepalen, dat in het Woordenboek zal wordengevolgd. Te midden der vele twijfelingen en onzekerheden, die nog altijd in de spelling onzer moedertaal bestaan, bij hetverschil van gevoelen onzer taalkundige schrijvers omtrent een aantal min of meer belangrijke punten, was het volstrekt noodzakelijkeen vast plan te beramen en voor alle bijzondere gevallen eene bepaalde keuze te doen. Te meer gevoelde de Redactie hare verplichting,om hierin met de uiterste behoedzaamheid en niet dan na rijpe overweging te werk te gaan, omdat het Woordenboek, dat zij eenmaaltot stand hoopt te brengen, uit den aard der zaak niet zonder invloed zal blijven en derhalve aan de bewerkers eene dubbeleverantwoording oplegt. Het algemeene beginsel, dat bij deze regeling der orthographie tot leidraad moest verstrekken, kon aan geen twijfel onderhevig zijn. Het was aangewezen in het Ontwerp [VI]des Woordenboeks, door den Voorzitter der Redactie in de vergadering van het Derde Taal- en Letterkundig Congres te Brusselvoorgedragen, en door de algemeene goedkeuring bekrachtigd. Daarin was bepaald, dat de in Noord-Nederland aangenomene spellingtot grondslag zou worden gelegd, behoudens zoodanige wijzigingen, als de tegenwoordige stand der wetenschap noodzakelijk scheente vereischen. De Redactie heeft gemeend, zich aan dat beginsel, als het meest practische en bruikbare, te moeten houden.Overtuigd, dat groote veranderingen in de spelling eener beschaafde en gevestigde taal, al mochten zij op zich zelve wenschelijkzijn, toch nimmer kans hebben om algemeen te worden aangenomen, en juist daardoor de zoo wenschelijke eenparigheid en vastheid